De dagen worden korter en, het inbraakseizoen gaat van start. Ja, zo’n seizoen bestaat echt! Daarom is buitenverlichting zo belangrijk.
Als ’s avonds je huis in het donker in gehuld, is het voor een inbreker duidelijk dat er niemand thuis is en dat hij ongestoord zijn gang kan gaan.
Inbrekers kiezen voor 95% gemakkelijke doelwitten uit, en een huis dat er verlaten uit ziet, nodigt uit om aan de gang gaan. Je kan daar met goede verlichting gemakkelijk iets aan doen en met goed zicht in en om het huis. Je verhoogt daarmee je energie-rekening wel een beetje, maar je huis opengebroken aantreffen,, en zien dat je vele dure spullen kwijt bent, is nog veel erger, camerabewaking is erg belangrijk geworden.
Inbraakslachtoffers voelen zich maandenlang, vaak zelfs langer, niet veilig in hun huis, niet alleen door de verloren spullen maar vooral ook door het vervelende en knagende gevoel dat er iemand in hun huis geweest is en dat hij terug kan komen.
Wek daarom altijd de indruk dat er iemand thuis is! Als de inbrekers er zeker van zijn dat er iemand in huis is, schrikt hen dat immers af.
Denk er aan de buitenverlichting buiten het directe bereik van inbrekers te plaatsen, liefst boven de drie meter. Vergeet niet dat de sterkte van het licht op de grond vermindert met té hoge bevestiging: verdubbel je de hoogte, dan vermindert de lichtsterkte met een kwart.
Zorg voor vandaalbestendige armaturen en ook de buitenlamp en de bekabeling moeten buiten het bereik van saboteurs bevestigd zijn. De buiten- stopcontacten kan je het beste uitschakelen, niet alleen kunnen inbrekers dan geen opzettelijke kortsluiting veroorzaken,, maar ze kunnen dan ook geen gebruik maken van sterk elektrisch gereedschap zoals slijpschijven en boormachines …( tegenwoordig werkt alles op batterijen, maar deze zijn nog lang niet zo sterk als machines die werken op het lichtnet).
Kies bij buitenverlichting een lichtsterkte die vergelijkbaar is met straatverlichting en voor breedstralende armaturen. Gebruik energie-zuinige lampen, maar let op met bepaalde spaarlampen, want bij sommige duurt het een hele tijd voor ze op volle sterkte branden,, vooral als het buiten koud is. En dan verlies je het afschrik-effect bij inbrekers.
Gebruik daarom de moderne led-lichtbronnen, deze zijn zeer zuinig en gaan jarenlang mee. Er zijn led-lampen op de markt die 18 watt leveren, wat vergelijkbaar is met een halogeenlamp van 300 watt! En zo’n lamp gaat wel dertig jaar mee.
Veiligheid rondom het huis dankzij de bewegingssensor.
Zodra iemand dichtbij je woning komt, spring het licht meteen aan. Een bewegingssensor reageert dankzij de passieve infrarood detectoren ( PIR) alleen bij bewegende warmtebronnen, maar niet op een wapperende tak en dergelijke. Wanneer je op de oprit rijdt, gaat hij ook aan, wat parkeren en het uitstappen en stuk veiliger maakt. Wat zeker belangrijk is, is de reikwijdte en de detectiehoek van zo’n lamp. Die kun je zelf instellen.
Denk niet alleen aan licht buiten je woning maar zeker ook aan binnen. Plaats lampen die aangesloten zijn met een tijdschakelaar ( deze zijn gemakkelijk en goedkoop te verkrijgen in doe-het-zelf-zaken). Stel de schakelaars zo in dat ze niet allemaal tegelijk aangaan en verander om de paar weken ( zeker in de winter) de interval van die lampen, zodat het tijdstip verandert, want een inbreker heeft meer tijd dan een werkende mens en die kan lang op de loer liggen. Als het licht altijd op hetzelfde tijdstip aan- en uit-gaat, weet hij dat er niemand thuis is
Je kan ook een paniekschakelaar installeren, boven je bed eventueel. Waarmee bij onraad alle verlichting in huis in één keer aangaat. Dat schrikt nog eens af!
Je kan tegenwoordig ook je lampen op afstand bedienen door middel van je smartphone of pc. Handig als je onderweg bedenkt dat je vergeten bent de lichtpunten in te stellen.